match( als in `fit in`:

Passen, bijpassen, inpassen, erin passen, erbij passen, passen in.

match( als in `agree`:

Afspreken, overeenkomen, accorderen, overeenstemmen, eens worden, akkoord, in orde, mee eens, steunen, instemmen, bijvallen, rugsteunen, kloppen, congruent zijn, toestaan, goed vinden, toestemmen, gelijk geven, knikken, jaknikken.

match( als in `conform to`:

Overeenkomen, overeenstemmen, corresponderen, stroken, zich voegen, zich aanpassen, zich schikken, zich voegen naar, evenaren.

match(wals in `correspond with`:

Overeenkomen, overeenstemmen, corresponderen, stroken, evenaren, een briefwisseling voeren.

match( als in `equalise`:

Evenaren.

match(bijv.) als in `fit`:

Aanpassen, aankunnen, geschikt, juist, passend, adequaat, gepast, competent, bekwaam, capabel, valide, in staat te werken, arbeidsgeschikt, overeenkomen, overeenkomen met, stroken, overeenstemmen met, stroken met, kloppen met, proberen,aanproberen, plaatsen, aanbrengen, aanleggen, installeren , monteren en aansluiten, bijpassen, gezond, fit, getraind, blakend, pasvorm.

match(w als in `correspond to`:

Overeenkomen, overeenkomen met, stroken, overeenstemmen met, stroken met, kloppen met, congruent zijn.

match(the ~) als in `games`:

Set, match, matches, runs, manches.

match(bi als in `equal`:

Gelijke, weerga, bestendig, bestand tegen, opgewassen tegen, gelijkwaardig.

match(the ~) als in `match`:

Overeenkomen, overeenkomen met, stroken, overeenstemmen met, stroken met, kloppen met , passen, bijpassen, wedstrijd, partij, pot, concours, congruent zijn, gelijke, weerga, evenaren, match, lucifer, luciferhoutje.

match(ww.) als in `peer`:

Gelijke, weerga, staarogen, turen, speurend kijken, koekeloeren.